RECHT ACHTERUIT RIJDEN HANDELINGSANALYSE CATEGORIE B Wat (belangrijke stap) Hoe (kritiek punt) Motivatie (waarom) Algemeen. Mag en kan ik recht. Stoppen. Kijken. Inschakelen. Wegrijden en met slippende koppeling blijven rijden. Kijken. Corrigeren. Zoals besproken (H.A. Stoppen) op ± 50 cm van de rijbaankant. Welen in de rechtuitstand. Voor, binnenspiegel, voor, linkerbuitenspiegel naast en rechts naast, naar het herkenningspunt. Handelingen voor wat betreft schakelen reeds besproken met dien verstande, dat de achteruitversnelling ingeschakeld wordt. Achteruit. Achter de auto en regelmatig rondom. Als de auto niet meer de gewenste weg volgt, dan zeer geleidelijk en weinig sturen. Kijk of je overig verkeer voor moet laten gaan. (art. 54 RVV) Alleen met slippende koppeling kun je stapvoets rijden, wat voor het achterruit rijden absoluut noodzakelijk is. Houd regelmatig het overige verkeer in de gaten. Te grote stuurbewegingen maken dat de auto te snel en te veel uit koers gaat. BELANGRIJK: Tijdens de oefening regelmatig rondom blijven