AVD Verkeersdeelneming/Rijden op de openbare weg.

1Controle voertuig. (Bravok Banden/Brandstof,Remmen,Accu/Aandrijving,Verlichting olie,Koeling.)

2 PORTOFOON/Portofoon/communicatie-Helm-Kleding (motorpak Handschoenen Laarzen}

3 MOTOR/ Motor van standaard halen. Op/Afstappen Op standaard plaatsen/Opbokken.

4 HOUDING/zit/stuurhouding-Stuurbehandeling,bediening-apparatuur,Afstellen-spiegels.

5 Motorstarten/Afzetten – Doseren gashendel-Ontkoppelen ,Schakelen ,Koppelen

6  Stuurtechniek – balans bewaren – Uitwijken

7 Kijktechniek .(SCAN) Gebruik van de spiegels.

8 Remmen. Vertragen-Voor/Achterrem -Stoppen. Beide remmen tegenlijk gebruiken.

9 Wegrijden. inrijden en verlaten van uitritten.

10 plaats op de weg: rechts-midden-links.

11 Bochten. Volgen van bochten naar links en rechts.

12 rijstroken. Gebruik van rijstroken voorsorteerstroken.

13 Ruimtekussen. Volgafstand ( 3 sec) en zijdelingse afstand houden.

14 Tegenmoed komen / ingehaald worden.

15 Kruispunten. Naderen en oversteken diverse kruispunten.

16 Afslaan:     Afslaan naar links en rechts.

17 verplaatsingen. rijstrook wisselen en zijdelingse verplaatsingen.

18 inhalen. inhalen voorbijgaan terug komen.

19 Autoweg/autosnelwegen. invoegen/Uitvoegen rijden op autosnelwegen-filerijden

20 rotonde rijden. Naderen oprijden verlaten. 1/4, 1/2, 3/4 ,4/4.

21 rijden op Erf. Erven en 30 km zones.

22 weggedeelten. Vops -overwegen-Tram/bushaltes.

23 speciaal weggedeeltes. rijden bij speciale situaties. Brug viaduct tunnel.

24 Nacht . Rijden bij nacht/Schemer.

25 Weer. Rijden bij zijwind.-Regen-Mist-Sneeuw/Ijzel.

26 Weg. Rijden bij modder-Grind-Bladeren-Kinderkopjes-Slechtwegdek-regenplassen.

27 Sociaal. Sociaal en defensief rijden.

28 besluitvaardig rijden. Aangepast en besluitvaardig rijden.

29 hellingproef.